Provincie spitst onderzoek luchtkwaliteit toe op lokale bronnen van vervuiling

26 apr , 11:21 Actueel
screenshot 20250426 092036
PxHere / CC0 Publiek Domein

Een nieuwe gebiedsgerichte aanpak helpt de provincie om de top tien bronnen voor fijnstof en stikstofdioxide in een gebied te bepalen. Deze methode is ontwikkeld binnen een onderzoek dat is uitgevoerd in de IJmond en houdt specifiek in dat de belangrijkste lokale bronnen van luchtvervuiling in kaart gebracht worden.

Door die bronnen in kaart te brengen kan de provincie de meest effectieve maatregelen kiezen om de luchtkwaliteit te verbeteren. Voorheen werd gewerkt met meer algemene landelijk gegevens en werden lokale bronnen minder scherp meegenomen. 'De provincie omarmt deze nieuwe methode om de bronnen van stikstof en fijnstof in beeld te brengen. De resultaten uit die onderzoek bevestigen dat we op de goede weg zijn met alle acties die de provincie al uitvoert, zoals het scherper vergunnen van fabrieken en door ondernemers te helpen met het aanvragen van subsidies bij het Rijk voor het overstappen op schonere voertuigen,' aldus Gedeputeerde Jeroen Olthof. 

Industrie bovenaan

Zoals verwacht is de industrie de grootste bron van vervuiling. Andere sectoren in de top tien dragen ook bij, maar een stuk minder. Dit zijn onder andere vuurhaarden en vuurwerk, mobiele bronnen zoals machines en werktuigen in de bouw, wegverkeer en scheepvaart. Het rapport wijst erop dat maatregelen, zoals het aanscherpen van vergunningvoorschriften voor bedrijven en het stimuleren van het gebruik van schone mobiele werktuigen noodzakelijk zijn om de luchtkwaliteit te verbeteren. 

Maatregelen

Het rapport noemt specifiek een aantal maatregelen als zijnde effectief: het aanpassen van vergunningvoorschriften voor Tata Steel, het stimuleren van het gebruik van walstroom voor de scheepvaart, het vervangen van CV-ketels door hybride warmtepompen en het creëren van rookvrije woonomgevingen. Deze maatregelen kunnen helpen om de uitstoot van schadelijke stoffen zoals fijnstof, stikstofoxiden en koolmonoxide te verminderen. Het onderzoek is gedaan in het kader van het Schone Lucht Akkoord uit 2020. Het doel is om ervoor te zorgen dat de lucht 50 procent schoner wordt dan in 2016.