Amsterdam gaat een proef doen met snelle fietsers op de rijbaan nu de fietspaden steeds drukker worden. En er zijn grotere snelheidsverschillen, vooral door de komst van snellere elektrische fietsen. De proef moet duidelijk maken of deze categorie fietsers ook toelaten op de rijbaan het verkeer veiliger maakt.
Van 18 april tot en met 19 juli zijn de Eerste Constantijn Huygensstraat en Bilderdijkstraat, tussen de Overtoom en de Kinkerstraat het pilotgebied. Wie daar 20 kilometer per uur of langzamer rijdt blijft op het fietspad. Wie sneller gaat mag op de rijbaan fietsen, maar dat hoeft niet. Voor alle bestuurders op de rijbaan - waar een maximale snelheid van 30 kilometer per uur geldt - worden markeringen en borden aangebracht zodat ze duidelijk kunnen zien waar ze snelle fietsers kunnen verwachten. E-bikes mogen tot maximaal 25 kilometer per uur trapondersteuning bieden.
De locatie van de proef is gekozen vanwege veel fietsverkeer en een smal vrijliggend fietspad, waar inhalen moeilijk is. Maar vanwege de toenemende verschillen in snelheid is de behoefte om in te halen juist groot. Dat zorgt voor een gevoel van onveiligheid en een groter risico op onveilige situaties. Tijdens de proef wordt gemeten hoeveel fietsers op de rijbaan fietsen, bekeken hoe het auto- en fietsverkeer op de rijbaan samengaat en of het fietspad rustiger wordt. Ook worden verkeersdeelnemers bevraagd over hun ervaringen. De resultaten worden eind dit jaar verwacht. Als de proef een succes is, wordt een vervolg onderzocht.
Deze proef is gebaseerd op een idee van Wichert van Engelen. Van Engelen had bedacht om de openbare ruimte in te delen op basis van snelheden in plaats van voertuigtypen. Hij won met zijn inzending ‘Terug naar de basis: 30.20.10’ de Fietsinnovatieprijs van digitaal platform Amsterdam Bike City. De prijs is een initiatief van de Vervoerregio Amsterdam en de gemeente Amsterdam.