De voorraad woningen in Nederland is vorig jaar toegenomen met ruim 77.000, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek op basis van nieuwe cijfers. Er werden bijna 69.000 nieuwbouwwoningen opgeleverd en dat is wat minder dan een jaar eerder. In Zaanstad kwamen er 632 woningen bij, een groei van 0,9 procent.
Opmerkelijk: de groei van de woningvoorraard was in Womerland, waar er 124 woningen bij kwamen met 1,9 procent dubbel zo groot als in Zaanstad. Oostzaan noteerde met 36 woningen ook een toename van 0,9 procent en Amsterdam scoorde 4675 een groei van de woningvoorraad met één procent. Het lijken wellicht gezien de enorme woningnood druppels op een gloeiende plaat, maar Landsmeer kreeg er geen enkele woning bij. Een uitschieter de andere kant op was Beemster, met een groei van 6,7 procent (vertaald een toename met 272 woningen).
Naast nieuwbouw komen er ook woningen bij door verbouwingen van bestaande panden zoals kantoren, bedrijfsgebouwen en scholen. Het vorige kabinet had een jaarlijkse doelstelling van gemiddeld 75.000, die vorig jaar werd gehaald. Het nieuwste kabinet van premier Mark Rutte wil dat er jaarlijks 100.000 nieuwe woningen aan de voorraad worden toegevoegd.
Vergunningen
Een indicator voor het aantal woningen dat in de nabije toekomst wordt gebouwd is het aantal vergunningen dat daarvoor is afgegeven. De gemiddelde doorlooptijd vanaf de vergunningverlening tot de oplevering is zo’n twee jaar. In 2020 werden bijna 66.000 vergunningen afgegeven. Volgens het CBS werden vorig jaar in Zuid-Holland in absolute aantallen de meeste woningen gebouwd, ruim 13.000. De woningvoorraad groeide in Flevoland relatief het hardst, met 1,7 procent. Ook in Utrecht, Noord-Brabant en Noord-Holland werden meer nieuwe huizen opgeleverd dan gemiddeld in Nederland. In Friesland en Zeeland werden naar verhouding veel minder nieuwbouwwoningen gebouwd.
