Zaanstad krijgt ruim 43 miljoen euro uit het Volkshuisvestingsfonds van het ministerie van Binnenlandse Zaken om de veiligheid, de leefbaarheid en de kwaliteit van bestaande woningen in Zaandam Zuid, Poelenburg, Peldersveld – Hoornseveld, de Rosmolenwijk en de Kogerveldwijk te verbeteren.
Het eenmalige fonds kwam tot stand na een intensieve lobby van Zaanstad en veertien andere gemeenten voor meer aandacht voor kwetsbare wijken. Wethouder Songül Mutluer spreekt van ‘waanzinnig goed nieuws’: ‘Hiermee gaan we flink investeren in het versneld verduurzamen van zeker 850 woningen, in de openbare ruimte, voorzieningen en in de aanpak van woonfraude. Investeringen die duidelijk zichtbaar zijn in de wijken en direct voelbaar voor de bewoners. Want voorop staat dat het een bijdrage levert aan de leefbaarheid en het welzijn van bewoners.’
Een duurzamere woning betekent lagere woonlasten, een groenere omgeving stimuleert ontmoeting en meer kwaliteit van leven en meer inzet op handhaving tegen woonfraude draagt bij aan de veiligheid. ‘Volkshuisvesting gaat namelijk niet alleen om stenen, maar vooral om maatschappelijke meerwaarde voor alle bewoners jong en oud. En dat is precies waar we in Zaanstad met dit fonds op inzetten.’
Meest kwetsbare wijken
De bijdrage it het Volkshuisvestingfonds is ‘significant en heel welkom’, want Zaanstad kent dan wel grootstedelijke problemen op het gebied van armoede, veiligheid en kansengelijkheid, de gemeente heeft de financiële middelen van een middelgrote gemeente. In Zaandam Oost liggen sociaaleconomisch de meest kwetsbare wijken, waar veel kinderen en jongeren al met een achterstand beginnen.
Kans gegrepen
Burgemeester Jan Hamming: ‘Zaanstad heeft deze aanvraag echt als kans aangegrepen voor onze dromen en plannen voor Zaandam Oost. Terecht, want wijken als Zaandam Oost verdienen onze aandacht en hebben ongelofelijk veel potentie als het gaat om kansengelijkheid, veiligheid en leefbaarheid. Uiteraard blijven we realistisch, we lossen natuurlijk niet álle problemen in één keer op: daar is meer voor nodig.’ De komende tijd blijft de gemeente daarom pleiten voor structurele hulp vanuit het Rijk.
