Flexibele contracten en al dan niet noodgedwongen werken als zzp’er vergroten de kans op problematische schulden, zo blijkt uit gegevens van het CBS. Tussen 1 januari en 1 oktober vorig jaar kregen in ons land 64.000 ‘nieuwe’ huishoudens te maken met geregistreerde problematische schulden. In Zaanstad heeft inmiddels liefst tien procent van de huishoudens daarmee te maken.
Nederland telde op 1 oktober vorig jaar ruim 614.000 huishoudens met geregistreerde problematische schulden, 7,6 procent van het totaal. Aan het begin van het jaar voor de coronapandemie toesloeg, was dat 7,9 procent.
Onder de instromers nam het aandeel huishoudens met een zelfstandige of iemand met een flexibel contract toe, zo blijkt uit het vernieuwde dashboard Schuldenproblematiek in beeld, dat het CBS in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft samengesteld.
Vaker geen vaste baan in gezin
Op 1 oktober had in 42,2 procent van deze huishoudens niemand een baan als werknemer, en dat is vaker dan in gezinnen zonder problematische schulden (39,9 procent). Huishoudens met problematische schulden tellen vaker één of meer thuiswonende kinderen: 45,3 procent tegenover 31,4 procent in gezinnen zonder financiële rampspoed.
Overigens komen eventuele schulden bij famlilie of kennissen niet in beeld niet meteen in beeld bij het Centraal Bureau voor de Statistiek, zodat het kan zijn dat huishoudens die door corona in financiële problemen raakten op 1 oktober (nog) niet zichtbaar waren in de geregistreerde problematische schulden. Ook is niet zichtbaar hoeveel gezinnen alleen uit de schulden weten te blijven door in te teren op het eigen vermogen.
