Het gemiddeld aantal leerlingen per basisschoolleraar is in vijf jaar tijd in Noord-Holland met één procent gedaald. Volgens de meest recente data geeft een leraar op een reguliere school les aan gemiddeld 18,1 leerlingen. In onze provincie is dit iets hoger met 18,5 leerlingen per docent en Zaanstad komt uit op 18,6.
De afname was in Noord-Holland lager dan het landelijk gemiddelde van min 3,2 procent. De trend was het sterkst zichtbaar in Bergen, blijkt uit een onderzoek van online opleidingsinstituut Laudius naar de leerling-leraarratio, op basis van de meest recente DUO-data. Het aantal leerlingen per leraar nam in het kustdorp af met maar liefst vijftien procent. Ook in Enkhuizen (min 12,4 procent) en Wormerland (min 11,7 procent) was er een sterke daling te zien.
In de gemeente Zandvoort nam het aantal leerlingen per docent juist het sterkst toe, met 13,2 procent. Ook is de druk op leraren toegenomen in de gemeente Oostzaan (plus 11,3 procent) en op Texel (11,1 procent). Leraren hebben het het drukst in Beemster en Oostzaan. In beide gemeenten geven docenten aan gemiddeld 21,6 leerlingen les. Ook in Uitgeest (21,1) hebben leraren gemiddeld veel kinderen onder hun hoede. Den Helder kent de kleinste klassen met gemiddeld 16,8 kinderen per onderwijzer.
In de drie grote steden nam de leerling-leraarratio in dezelfde periode toe, namelijk met 7,1 procent in Amsterdam en negen procent in Rotterdam. In Den Haag steeg de leerling-leraarratio het sterkst met 9,1 procent.
