Twee mannen van 27 en 24 jaar uit Amsterdam en Zaanstad zijn veroordeeld tot celstraffen van respectievelijk 20 maanden en vijftien maanden waarvan vijf voorwaardelijk wegens oplichting door phishing. Klanten dachten ten onrechte contact te hebben met hun bank en gaven hun gegevens door, waarna velen van hen geld kwijtraakten.
Het duo voerde tijdens de eerste coronagolf een grootschalige phishingactie uit op bankklanten in onder meer Haarlem, Haarlemmermeer, Heemskerk en IJmuiden. Die kregen een valse e-mail en kwamen door op een link te klikken terecht op een website die van de bank leek te zijn. Daarop konden ze gegevens invoeren. Later werden de slachtoffers nog eens telefonisch benaderd met de vraag of ze een inlogsessie digitaal konden bevestigen. Zo konden de verdachten in de digitale bankomgeving van klanten komen en kon geld worden overgemaakt naar rekeningnummers van zogenoemde katvangers, mensen die bankrekeningen ter beschikking stellen voor illegale doeleinden.
Aangifte van 54 gevallen
Vervolgens werd het geld van deze rekeningen gepind of op een andere manier ontvreemd. In een enkel geval is de bankpas van een slachtoffer opgehaald door iemand die zich voordeed als medewerker van een koeriersbedrijf. De bank deed aangifte van 54 gevallen van frauduleus handelen. De politie kwam de twee mannen op het spoor en luisterde gedurende tien dagen de telefoon van de Amstredammer af, waaronder 149 gesprekken waarbij iemand zich voordeed als bankmedewerker. Op 7 mei viel het doek voor de oplichters in een hotelkamer in de hoofdstad van waaruit ze hun operatie deels runden.
Enkel voor eigen gewin
De rechtbank heeft hen veroordeeld wegens oplichting, computervredebreuk en diefstal. De verdachten hebben de eerste coronagolf misbruikt door nietsvermoedende rekeninghouders onder het mom van ‘bankieren in tijden van corona’ cruciale gegevens of bankpassen af te troggelen. ‘Ze gingen enkel voor eigen financieel gewin. Het vertrouwen dat slachtoffers hadden in het betalingsverkeer en bankwezen is hierdoor ernstig geschaad. Gevangenisstraf is daarom op zijn plaats,’ vindt de rechtbank.
Schadevergoeding
De verdachten zijn naast hun celstraf veroordeeld tot het betalen van een schadevergoeding aan de bank. De hoogte van die vergoeding is onder meer bepaald door het bedrag dat de bank aan de klanten uitkeerde voor het gestolen geld en de kosten van het onderzoek dat de bank heeft moeten doen naar de oplichting. Voor de Amsterdammer gaat het om ongeveer 20.000 euro, voor de Zaankanter om 6700 euro.
