Het ministerie van Volksgezondheid doet voor de uitrol van de corona-app toch geen beroep op de technische capaciteit van de veelgeplaagde Belastingdienst. De fiscus zou de technische infrastructuur leveren voor de app, maar kan dat niet aan.
Dat leidt mogelijk tot vertraging, meldt minister Hugo de Jonge van Volksgezondheid aan de Tweede Kamer. De app zou leunen op het datacenter van de Belastingdienst en ook zouden de beveiligingssystemen van de fiscus worden ingezet om mogelijke digitale aanvallen tegen te gaan. Maar staatssecretaris Hans Vijlbrief is daar voor gan liggen: hij heeft tegen De Jonge gezegd dat de fiscus nu al te veel op het bordje heeft liggen. Daarom gaat het kabinet op zoek naar een alternatief voor het datacentrum van de Belastingdienst.
‘Dit heeft niet alleen gevolgen voor de implementatie van de techniek, maar vraagt ook om aanvullende checks naar bijvoorbeeld beveiliging,’ legt De Jonge uit. Als alles wel goed gaat, moet de app voor iedereen beschikbaar zijn vanaf 1 september. Dat blijkt uit een tijdlijn die vandaag is verschenen.
