Stichting Duinbehoud heeft bij de provincie bezwaar aangetekend tegen het opnieuw opstarten van de Hisarna-installatie van Tata Steel, die als minder vervuilend alternatief voor de hoogovens geldt. De natuurbeschermers vrezen dat de proefinstallatie voor meer stikstof in de duingebieden gaat zorgen – maar dus ook in onze regio.
Gedeputeerde Staten gaven vorige maand toestemming om Hisarna weer op te starten. Het gaat om een installatie waar een nieuwe productiemethode van staal wordt getest die de CO2-uitstoot met minstens 20 procent moet terugdringen. Waar ertsen en kolen nu nog moeten worden voorbewerkt in vervuilende processen, worden die stappen bij Hisarna overgeslagen.
Geen verplichte registratie
Na een pauze van een jaar nam Tata Steel Hisarna op 22 april weer in gebruik. Duinbehoud juicht het op zich toe dat Tata Steel Nederland actie onderneemt tegen CO2-uitstoot, maar het enorme staalcomplex in IJmuiden is ook een grote bron van stikstof die in de omgeving weer neerdaalt.
Wegens stikstofzorgen eiste het provinciebestuur dat Tata Steel de extra stikstof die Hisarna uitstoot zal compenseren door andere onderdelen van de staalfabriek minder te laten uitstoten. Volgens Stichting Duinbehoud is het nog hoogst onzeker of dat ook gaat lukken. De provincie zou het bedrijf namelijk niet hebben verplicht om de hoeveelheid uitgestoten stikstof via een gecertificeerde methode bij te houden en te rapporteren.
Waterstof
‘Zo blijft het hoogst onzeker of de voorgeschreven maximale emissie ook te allen tijde wordt nageleefd. Afgelopen jaren is gebleken dat de naleving van vergunningvoorschriften door Tata Steel ernstige tekortkomingen heeft vertoond,’ schrijft de stichting.
De stichting is bovendien kritisch op de technieken die Tata Steel bij Hisarna toepast. Net zoals vakbond FNV wijst de Stichting Duinbehoud op nieuwere staalproductietechnieken waar kolen worden vervangen door waterstof, wat minder vervuilend zou zijn. Tata en het Rijk hebben afspraken gemaakt in een Expression of Principles over de CO2-reductie. Hierin staat dat er in 2030 vijf miljoen ton CO-2 minder de lucht in moet gaan.
