Natuurbeheerders en politie starten gezamenlijk offensief tegen stroperij

Foto: PxHere

Er komt gerichte actie tegen (wild)stroperij in de provincie, waar steeds vaker en op steeds grotere schaal bezoekers natuurgebieden verlaten met tassen en emmers vol voedsel om dat te verkopen. Ook het sprokkelen van hout zonder toestemming van de eigenaar valt onder stroperij.

De wet is er duidelijk over: Hij die, zonder geweld of bedreiging met geweld tegen personen, geheel of ten dele aan een ander toebehorende klei, bagger, ongesneden veen, zand, aarde, grind, puin, mestspeciën, zoden, plaggen, heide, helm, wier, riet, biezen, mos, onbewerkt en niet vervoerd hak- of sprokkelhout, ongeplukte of afgevallen boomvruchten of bladeren, te veld staand gras of te veld staande of na de oogst achtergebleven veldvruchten wegneemt, met het oogmerk om zich die voorwerpen wederrechtelijk toe te eigenen, wordt, als schuldig aan stroperij, gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een maand of geldboete van de tweede categorie.

Bij stroperij is het eerste beeld dat in gedachten komt vaak gerelateerd aan dieren als konijnen, vogels en vis. Ook die vorm van wildstroperij zal extra aandacht krijgen van natuurbeheerders en de politie in een gezamenlijk offensief tegen niet alleen de stroperij als zodanig, maar ook tegen de handel in de illegaal verkregen producten.

Het konijn (Oryctolagus cuniculus) staat op de lijst van beschermde diersoorten. In het jachtseizoen mag er vrij op gejaagd worden, maar alleen met een jachtakte en met toestemming van de grondeigenaar. Daarnaast is het zo dat je in een jachtgebied moet zijn en zeker niet zomaar binnen de bebouwde kom mag schieten. Op roofvogels mag nooit gejaagd worden, maar alleen al van de buizerd worden er in Nederland jaarlijks tussen de 400 en 1400 illegaal gedood of gevangen. Waar op wat gevist mag worden en door wie en wanneer is eveneens strak gereguleerd.

Potentieel gevaar

Sommige mensen kennen die regels niet en zijn zich evenmin bewust van de impact van hun gedrag. Kleine hoeveelheden niet-beschermde planten of vruchten meenemen voor eigen gebruik wordt door beheerders nog wel door de vingers gezien, maar leegroven niet. De natuur en de biodiversiteit lopen niet alleen enorme schade op door stroperij, maar consumenten kunnen bovendien ziek worden als ze niet weten wat ze precies eten.

Landschap Noord-Holland, Staatsbosbeheer, het Goois Natuurreservaat, PWN, de sportvisserij en Recreatie Noord-Holland slaan daarom samen met de politie de handen ineen.

De Zaanstreek heeft een verleden als het op stropen aankomt. In de zeventiende eeuw, en misschien al eerder, ontwikkelde zich hier een vrij omvangrijke eendenhouderij als belangrijke bron van bestaan (op de foto hierboven een eendenkooi in het Friese Engwierum, van Wikipedia). Wilde eenden werden gekortwiekt en op grote erven aan de slootkant ondergebracht in hokken. In een keur van de Polder Westzaan (1696) wordt bevolen om terwille van de visstand de eenden in elk geval tussen 23 maart en 15 mei vast te houden, omdat deze ‘mede inde pay tijt veel quaed tot het verderven ende het voortelen veroorsaeken‘.

Broodroof door stropers

Omstreeks diezelfde tijd richtten eendenhouders zich echter tot de regenten van de Hoge Heerlijkheid Assendelft aangezien zij zich door toenemende stroperij in hun bestaan bedreigd voelden: als er geen maatregelen werden genomen zouden velen ‘die haar nu eerlijck daar mede generen komen te vervallen dat zij haar Broot zullen moeten bidden’- ofwel geen brood meer op de plank hebben. En ook nu nog zijn eenden voor stropers een gewilde buit, al schieten ze die nu uit de lucht.

Paling, snoekbaars en zeebaars

Stropen gebeurt ook in bijvoorbeeld het Noordzeekanaal, waar paling, snoekbaars en zeebaars een geliefde buit zijn. Daar is de visrechtensituatie simpel: het schubvisrecht ligt er in zijn geheel bij de georganiseerde sportvisserij. Op de Voorzaan en zijkanaal G ligt de situatie anders. Hier hebben de beroepsvisserij en de sportvisserij (Hengelsportvereniging Zaanstreek) beide het volledig visrecht. Dit geldt ook voor de Nieuwe Zeehaven. Hier mag de beroepsvisserij dus vissen met staand want en/of andere beroepsvangtuigen.

Maar ook in het polderwater wordt gestroopt. In 2012 werd een inwoner van Akersloot aangehouden door het milieuteam van de politie Zaanstreek-Waterland, nadat was gebleken dat hij ’s avonds, ’s nachts en ’s morgens met fuiken en hengels op paling viste in de polders tussen Beverwijk en Assendelft in de maanden die gesloten zijn voor de beroepsvisserij.

Hij werd tijdens het roken van de door hem gevangen paling aangehouden. Er werd in totaal 68 kilo paling aangetroffen – levend, gerookt en bevroren. Daarnaast werden 74 palingfuiken en 100 hoeklijnen van 250 meter, met in totaal 2500 vishaken, in beslag genomen. ‘Een uit de hand gelopen hobby,’ zei hij daar zelf over.

Zelfs het meenemen van invasieve exoten als rode Amerikaanse rivierkreeften en Chinese wolhandkrabben kan tot een aanklacht wegens stropen – een economisch delict – leiden. Strenge regelgeving over de materialen waarmee gevist mag worden houdt een grootschalige jacht op deze dieren nu nog tegen, hoewel de kreeften door hun gegraaf wel als een bedreiging voor onze dijken worden gezien.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen