Het CDA vindt het jammer dat de plannen voor de Monettoren op de locatie Figaro in Zaandam er niet in voorzien dat dit ‘groos Zaans hois‘ het hoogste gebouw van de stad wordt. Met het voorstel om de woontoren zo’n 60 meter hoog te maken blijft De Conrad met zijn 72 meter die eer te beurt vallen.
Het CDA is blij dat de Monettoren er daadwerkelijk gaat komen, met veel aandacht voor groen, klimaatadaptatie en woningen voor starters en senioren en dat Zaanstad in navolging van bijvoorbeeld Utrecht, Eindhoven en Milaan ook een ‘verticaal bos’ in het centrum krijgt. Het zal ongetwijfeld veel aandacht gaan trekken, verwachten de christendemocraten. Maar er zijn ook kanttekeningen, die de fractie donderdag in het vragenuur naar voren brengt.
Tien meter extra?
Zoals die hoogte: met tien meter extra zouden er ‘gratis’ drie extra etages op de geplande vijftien kunnen komen en dat scheelt weer een aantal broodnodige woningen. Volgens het Bouwbesluit is er pas sprake van hoogbouw als de bovenste vloer zich op 70 meter bevindt. En pas dan gaan extra eisen gelden, zoals meer dan één brandweerlift en sprinklers.
Wat duurzaamheid betreft stelt het CDA voor om op het dak van het gebouw een zogenoemde energietoren te plaatsen, die met behulp van zon en wind duurzame energie voor de gebruikers kan opwekken. Daarnaast denkt de fractie aan houtbouw, waarbij ze waarschijnlijk Rosa aan haar zijde zal vinden. Die partij stelde dat eerder voor voor het terrein van Kan Palen aan de Oostzijde.
Dankzij kruislaaghout kunnen ook woontorens worden gebouwd met hout, weet ook het CDA, dat dat ‘het meest duurzame bouwmateriaal ter wereld’ noemt. Bovendien is het ook nog eens typisch Zaans.
Vragen
Vragen heeft de partij over de ‘setback’ (lees: teruggelegen bovenste verdieping) naar de Buiging, waardoor ‘de menselijke maat en aansluiting op het gemeentehuis behouden blijven’ en over de geluidsbelasting van de Monetwoningen als gevolg van de nabijheid van de Provincialeweg en het spoor. De gemeente stelt verschillende eisen aan de Monettoren en besteedt het project daarom Europees aan. Wordt daarbij vertrouwd op de kennis en creativiteit van de markt door ruimte te laten voor het beste idee, of schrijft de gemeente in een bestek ‘alles’ voor waar de markt aan moet voldoen, is een laatste vraag aan het college.
