Ook hier groeiend aantal eenpersoonshuishoudens

Kleine huishoudens, klaine hoissies?
Kleine huishoudens, klaine hoissies?
Foto: Wikimedia / Matthias Voss

Het aantal mensen dat alleen woont neemt al sinds de jaren 70 toe. Vorig jaar vormden in Nederland bijna drie miljoen mensen alleen een huishouden, 17,4 pocent van het totaal en 427.000 meer dan tien jaar daarvoor. In Zaanstad was dat percentage 16,1 tegen 14,9 in 2008. Alleenwonenden zijn relatief vaak twintigers, maar boven de 70 is de kans om zonder gezelschap te wonen het grootst.

Bron: Centraal Bureau voor de Statistiek

Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek. Door de vergrijzing van de bevolking zijn er in absolute zin wel meer oudere alleenwonenden bij gekomen. Doordat mensen langer leven is echter ook de leeftijd gestegen waarop mensen alleen achterblijven na het overlijden van hun partner. Bovendien verhuizen mensen tegenwoordig minder vaak en op hogere leeftijd naar een zorginstelling, waar ze niet als een eenpersoonshuishouden worden geteld. Tieners wonen niet zo vaak alleen. Het gaat in deze leeftijdsgroep landelijk gezien om vijf procent en vaak zijn het jongeren die voor hun studie uit huis zijn gegaan. Net als ouderen wonen zij in 2018 minder vaak alleen dan hun leeftijdgenoten in 2008, maar blijven ze – noodgedwongen voor het tekort aan woningen en aan kamers – langer bij hun ouders. Vijftigers en zestigers zijn nu vaker alleen dan toen, vooral na een scheiding.  

 

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen