De eerste landelijke inleveractie voor steekwapens heeft in een week tijd 3300 wapens opgeleverd. Onder meer machetes, zakmessen, dolken en keukenmessen verdwenen in de daarvoor bestemde tonnen op politiebureaus en in andere gemeenten ook op scholen en bij jongerenwerkers. In Zaanstad werden zo’n 60 wapens ingeleverd, vertelt teamchef Sherwin Tjin-Asjoe.
Van 11 tot en met 17 oktober konden mensen anoniem en zonder straf hun steek-, slag- en stootwapens inleveren in 218 gemeenten. De oogst was ruim 2000 messen, ruim 200 andere steekwapens, ruim 400 vuurwapens en ruim 700 overige wapens. De actie was voornamelijk gericht op jongeren. In een aantal gemeenten kon ook een afspraak met de politie worden gemaakt om vuurwapens, munitie en explosieven in te leveren. In Zaanstad leverde dat alleen al onklaar gemaakte vuurwapens op.
Bewustwording
Behalve vermindering van het wapenbezit was het doel van de inleveractie ook om jongerenb duidelijk te maken dat een wapen dragen niet normaal en erg gevaarlijk is. Het ministerie van Justitie en Veiligheid startte daarvoor op 13 september de campagne Drop je knife, die gericht is op jongeren die met een mes de straat straat op gaan.
Tjin-Asjoe is vooral blij dat de actie voor veel aandacht heeft gezorgd. ‘Ieder wapen dat we met deze actie van de straat hebben gehaald, kan niet meer worden gebruikt bij geweld. Wat ik ook belangrijker vind, is dat je ziet dat steeds meer partijen zich inzetten om bewustwording onder jongeren te creëren. Dat we samen de boodschap afgeven dat het niet stoer is om met een wapen op zak te lopen.’
Aandacht blijven geven
Wapengebruik en wapenbezit onder jongeren zorgt volgens Tjin-Asjoe voor zoveel leed, dat hij hoopt dat de aandacht voor het probleem na de actie niet verslapt. ‘We moeten er als maatschappij voor zorgen dat jongeren niet meer naar een mes grijpen en dat doen we door er aandacht aan te blijven besteden.’ Vorig jaar werd in Zaanstad ook al een lokale inleveractie gehouden.
