Overal in Nederland staan ze bekend als ’tiny houses’, maar in de Zaanstreek heten ze ‘klaine hoissies’: woninkjes zonder veel opsmuk voor mensen die de consumptiemaatschappij achter zich willen laten. De gemeente Zaanstad is op zich positief, maar ziet er slechts tijdelijke behuizingen in.
In juni vorig jaar vroeg de raad het college om zich te oriënteren op het werkterrein van de klaine hoissies en actief op zoek te gaan naar plekken binnen de gemeente waar deze gebouwd kunnen worden. Op 24 januari was er een ‘inspiratiesessie klaine hoissies’, waarbij Marjolein Jonker en Monique van Orden van Tiny House Nederland vertelden over de beweging die uit de VS is overgewaaid, voorbeelden lieten zien van tiny houses in Nederland en spraken over hun eigen ervaringen als bewoner van een tiny house.
Met alle opgedane kennis is het college nu tot de conclusie gekomen dat klaine hoissies moeten worden gezien als ’tijdelijke woningen, gerealiseerd middels individuele bouw die off grid (niet aangesloten op de nutsvoorzieningen) worden gerealiseerd (tenzij de nutsvoorzieningen op de betreffende locatie al aanwezig zijn).’
Er wordt nu verder onderzocht wat de mogelijkheden voor klaine hoissies zijn en waar ontwikkelkansen liggen. Daarbij zijn als uitgangspunt vier aspecten geformuleerd:
1. De gemeente Zaanstad staat open voor initiatiefnemers die de beschikking hebben over grond of een locatie.
2. De gemeente gaat actief onderzoeken of bewoning van klaine hoissies ergens inpasbaar is. ‘Klaine hoissies kunnen een aanjager zijn voor het verder op gang brengen van een ontwikkeling,’ zo is geconcludeerd.
3. Als onderdeel van zelfbouw worden klaine hoissies meegenomen in gesprekken over nieuwe ontwikkelingen.
4. Elders zijn gemeenten al bezig om het wonen in een tiny house mogelijk te maken. Zaanstad volgt deze activiteiten actief om zo inzicht te krijgen in wat er geregeld moet worden om bewoning van klaine hoissies mogelijk te maken.
